(NI)BHV voor thuiswerkers

Thuiswerken komt veel vaker voor. Het hybride werken (deels thuis, deels op kantoor) is voor veel organisaties een blijvertje. Dat roept de nodige vragen op over de veiligheid tijdens het werk. Want ook als je thuis werkt, blijven jij en je werkgever samen verantwoordelijk voor een gezonde en veilige werkomgeving.

 

Startpunt voor gezond en veilig werken

Het startpunt voor gezond en veilig werken is altijd de risico-inventarisatie en -evaluatie (RI&E). Dit instrument analyseert de risico’s die zich bij de uitvoering van het werk binnen jouw bedrijf of organisatie kunnen voordoen.

De RI&E geldt niet alleen voor het werken op locatie, maar ook voor thuiswerk. Verschillende branches en bedrijven hebben inmiddels een eigen (thuis-) RI&E-tool ontwikkeld: een (digitale) methode om risico’s te inventariseren. Deze tool kan je opvragen bij je werkgever of branche. Op basis van de resultaten van de RI&E kunnen verdere maatregelen genomen worden, zoals ergonomisch meubilair en tips over rust en beweging. Op die manier kun je ook thuis gezond en veilig werken!

 

Hulp bij een incident thuis

Een onderbelicht punt bij het thuiswerken is de hulp bij een incident thuis, zoals een brand of een ander incident. Een brand kun je, als er snel bij bent, eenvoudig zelf blussen. Maar de brand kan zich zodanig snel ontwikkelen dat je je ‘thuiswerkplek’ moet verlaten om jezelf en andere personen in veiligheid te brengen. Naast brand kan het bij een incident bijvoorbeeld gaan om uitglijden of struikelen, waarbij je zo ongelukkig valt dat je niet meer kunt lopen.

Welke keuzes maak jij bij brand? Doe de quiz!

Het belang voor een veilige thuiswerkplek

In de huidige tijd is ( gedeeltelijk) thuiswerken niet langer de uitzondering, maar eerder de norm. Dit betekent dat we allemaal extra aandacht moeten besteden aan de veiligheid van onze thuiswerkplekken. NIBHV benadrukt graag het belang van een veilige werkomgeving, zelfs als deze zich in jouw huis bevindt.

Een brand in huis kan ernstige gevolgen hebben, en het is van cruciaal belang om te weten hoe te handelen bij brand, ongeacht of je nu op kantoor of thuis werkt.
Stel je voor: de rookmelder gaat af, en je hebt slechts gemiddeld 3 minuten om te vluchten voordat het te laat is. Wat zou je doen als je telefoon bijna leeg is, en je de oplader op de bank hebt gelegd, die nu in brand staat? Test je kennis en besluitvaardigheid in deze quiz:

Doe de quiz!

NIBHV werkt samen met de Nederlandse Brandwondenstichting om bewustzijn te creëren tijdens de jaarlijkse Brandpreventieweken in oktober. In Nederland vinden jaarlijks 65.000 woningbranden plaats, met ernstige gevolgen. We willen benadrukken dat bij branden groter dan het formaat van een voetbal en zeker bij accubranden, het advies is om direct te vluchten en 112 te bellen. Het blussen van dergelijke branden kan de kans op slachtoffers vergroten.

Laten we samen werken aan een veilige thuiswerkplek en ons bewust zijn van de gevaren van woningbranden, ongeacht waar we werken. Jouw veiligheid is onze prioriteit.

 

Tips en adviezen voor veilig thuiswerken

Wat kun je in dit soort situaties het beste doen? Om je op weg te helpen, hebben we een aantal eenvoudige uitgangspunten en tips geformuleerd voor het bewust veilig thuiswerken.

  • Alles begint met een goede voorbereiding. Denk (samen met je huisgenoten) na over wat je kunt doen om brand en letsel te voorkomen en hoe je kan vluchten bij brand. Door bijvoorbeeld af te spreken nooit weg te lopen als je aan het koken bent om snel iets anders tussendoor te doen. Maar bijvoorbeeld ook door de doorgangen tussen ruimten niet als opslag te gebruiken. Of door geen spullen voor deuren te plaatsen zodat die niet meer makkelijk open gaan.
  • Het is goed om na te denken over situaties waarin je – om wat voor reden dan ook – moet vluchten. Maak bijvoorbeeld een vluchtplan. Doe dat samen met je huisgenoten. Vergeet ook niet om (samen) te oefenen, zodat je beter voorbereid bent als er echt iets gebeurt (oefening baart kunst). Lees ook  dit handige hulpmiddel voor het oefenen van vluchten.
  • Plaats zelf rookmelders of laat ze plaatsen. In nieuwbouwhuizen zijn rookmelders al verplicht op elke verdieping; vanaf 1 juli 2022 geldt die verplichting ook voor bestaande huizen. Door het plaatsen van rookmelders kun je nog eerder bij de brand zijn en schade of erger voorkomen doordat je (nog) eerder bij de brand kunt zijn. Vul de Rookmelderwijzer in en kom erachter hoeveel rookmelders jij nodig hebt!
  • Een aanvullende maatregel en zeker aan te bevelen is het plaatsen van een CO-melder. Kijk voor meer info op de site van de Brandweer.
  • ’s Avonds en ‘s nachts is het voor de brandveiligheid het beste om deuren gesloten te houden. Rook en vlammen kunnen zich dan veel minder snel verspreiden.
  • Zorg dat je een brandblusser in huis hebt en bekijk de instructie voor het gebruik. Op de brandblusser staat wat voor branden je er mee kan blussen. Een beginnende brand kun je zelf blussen met een klein blusmiddel. Dat moet je wel veilig kunnen doen. De zichtbare rook mag niet meer zijn dan een dunne laag aan het plafond, ruimt boven de lengte van een volwassen persoon. Ook mag je alleen nog zelf blussen als de vlammen ongeveer gelijk is aan een armlengte en je moet nog goed kunnen zien waar de brand is in de ruimte.
    Kun je de brand niet zelf blussen? Sluit dan altijd de deur zodat rookverspreiding en branduitbreiding beperkt wordt, bel 1-1-2.
  • Iedereen kan de 112NL app gebruiken in noodgevallen. Je belt of chat dan met een hulpverlener. De app heeft een chatfunctie die het gesprek vertaalt in jouw taal. De app is daarom ook handig voor bijvoorbeeld doven en slechthorenden.

 

Wanneer kan je nog blussen?

Als de vlamlengte ongeveer gelijk is aan armlengte en als de zichtbare rook een dunne laag vormt aan het plafond, ruim boven de lengte van een volwassen persoon. Let op! Het is niet zo dat de afbeelding van de vlammen gelijk optreedt met de afbeelding van de rook. Je moet rook en vlammen afzonderlijk beoordelen. Is blussen niet mogelijk? Dan vluchten!

  • Uit onderzoek blijkt dat een brand in huis vaak ontstaat in de woonkamer en in de keuken, door menselijk handelen (roken) en koken . Ook bij opladen van telefoonaccu’s en apparaten die op stand-by staan kan brand ontstaan. Bij een brand in de pan moet je zo snel mogelijk het gas uitdraaien (of stand op nul zetten bij elektrisch koken) en een deksel op de pan doen en laten afkoelen. Bekijk hieronder het filmpje: vlam in de pan van NIBHV.

 

  • Denk ook na over hoe je eerste hulp kunt krijgen bij een letselongeval (zoals een gebroken been), bijvoorbeeld via het maken van afspraken met je buren of met een bhv’er en/of ehbo’er die in de buurt woont. Die laatste twee kunnen meteen zelf helpen, omdat ze er voor zijn opgeleid. De bhv’er kan ook een beginnende brand blussen! Zet deze contacten ook bovenaan je telefoonlijst (@burenbhv of @ehboburen). Uiteraard kun je bij letsel ook altijd contact opnemen met de huisarts of de spoedpost van de huisartsen.
  • Bij spoedeisende eerste hulp kun je uiteraard altijd 1-1-2 bellen. Als je weet dat je zelf ook spoedeisende hulp nodig zou kunnen hebben (bijvoorbeeld omdat je hartklachten hebt), maak dan afspraken met je huisarts (bijvoorbeeld bij welke symptomen je moet alarmeren) en spreek af hoe je hulp kan krijgen van je huisgenoten of buren.
  • Uiteraard moet je ernaar moet streven zoveel mogelijk zelfredzaam te zijn als er een incident optreedt. Maar ook als je verminderd zelfredzaam bent, kun je nog veel doen. Heb je toch hulp nodig? Maak dan afspraken met je vaste mantelzorger/zorghulpverlener over wat die kan doen bij een incident. Is er niet direct hulp aanwezig? Maak dan afspraken over hoe je hem of haar kunt alarmeren, bijvoorbeeld door te (video)bellen. Zorg dat de contactgegevens van deze persoon of personen boven aan je telefoonlijst staan (@naam of @nummer). Uiteraard kun je ook altijd 1-1-2 bellen als er spoedeisende hulp nodig is (brandweer, ambulance en/of politie).
  • Organiseer je een online meeting met collega’s? Zorg er dan voor dat je de adressen van alle deelnemers paraat hebt. Als er tijdens een online-meeting iets gebeurt met een deelnemer, kan er via 1-1-2 snel hulp worden gestuurd naar het desbetreffende adres.

Omgang met accu’s en elektrische apparaten

  • Laad telefoons, tablets, laptops, elektrische fietsen en andere batterijen of accu’s van apparaten niet ’s nachts op! De Lithium-ion batterij of li-on batterij kunnen spontaan in brand vliegen en dan zeer giftige rook produceren. Zorg er ook voor dat je het apparaat niet oplaadt onder een dekbed of kussen, de oplader en het apparaat moeten hun warmte kwijt kunnen. Zorg er ten slotte voor dat je apparatuur met accu’s oplaadt in een ruimte of kamer met een werkende rookmelder. Lees ook onze 10 tips om veilig op te laden:
    1. Lees de gebruiksaanwijzing van de fabrikant en volg deze op
    2. Gebruik alleen de originele oplader die bij het apparaat geleverd wordt
    3. Leg een batterij niet in het volle zonlicht. Zorg ook dat de batterij niet te koud wordt
    4. Laad de batterij minstens eens in de drie maanden op
    5. Is je apparaat gevallen, beschadigd of vervormd? Leg ‘m buiten neer en lever ‘m zo snel mogelijk in
    6. Heeft de batterij onderhoud nodig? Ga niet zelf aan de slag, maar laat dit altijd aan een deskundige over
    7. Leg een apparaat (of batterij) tijdens het opladen vrij neer op een stabiele, onbrandbare plek
    8. Laad de batterij bij voorkeur overdag op
    9. Haal de stekker uit het stopcontact als de batterij vol is
    10. Laad een batterij op in de buurt van een rookmelder en houd toezicht tijdens het laden

Met de stijging van het aantal elektrische fietsen en scooters stijgt ook het aantal branden dat wordt veroorzaakt door de bijbehorende accu’s. Lees hier tips voor veilig opladen.

Het allerbelangrijkste?
Volg een
cursus bhv. Zodat je niet alleen op je werk maar ook thuis en op straat weet wat je moet doen als er iets gebeurt.